Hypermobiliteit
Hyperlaxiteit / overbeweeglijkheid

Kinderen zijn over het algemeen vrij flexibel. Het ene kind is wat leniger dan het andere kind. Soms komt dit omdat de gewrichten van kinderen een grotere beweeglijkheid hebben dan bij een gemiddeld kind.

Als uw kind in meerdere gewrichten een grotere beweeglijkheid heeft, wordt dit hypermobiliteit of hyperlaxiteit genoemd. Hypermobiliteit is op zich niet erg, zolang uw kind geen klachten heeft.

Vragen over de stand van de voeten van uw kind? Of heeft uw kind klachten?

Kom langs voor een gratis adviesconsult samen met de kinderfysiotherapeut!

Ontstaan

De precieze oorzaak van hypermobiliteit is onbekend. Bij hypermobiliteit zijn mogelijk bepaalde eiwitten niet of onvoldoende aanwezig. Hierdoor is het bindweefsel slapper. Er zijn allerlei variaties in beweeglijkheid van de verschillende gewrichten. Soms kan er sprake zijn van een bindweefselziekte waardoor de gewrichten soepeler zijn dan normaal. Dit is vaak erfelijk en komt in de familie voor.

Naar schatting hebben ongeveer een op de tien kinderen soepelere gewrichten dan gemiddeld. Maar dit hoeft zeker niet altijd tot klachten te leiden. Hypermobiliteit komt zowel bij jongens als meisjes voor.

Meestal komt op jonge leeftijd hypermobiliteit voor. Dit komt omdat het lichaam nog in de groei is en de spieren nog niet volledig ontwikkeld zijn. Als het kind ouder wordt, worden de banden en pezen vaak stugger waardoor uw kind ‘er overheen’ kan groeien.

Er zijn geen medicijnen tegen hypermobiliteit. Wel kan een eenvoudige pijnstiller – zoals paracetamol – eventuele pijnklachten verminderen.

Symptomen

Over het algemeen geven soepele gewrichten geen ernstige problemen. Als uw kind toch klachten heeft, komt dit meestal door overbelasting van de spieren en pezen waardoor pijn ontstaat. Deze klachten kunnen kort duren, maar ook langer aanhouden. Bij jonge kinderen kan het opvallen dat het kindje pas laat gaat lopen. Soms willen hypermobiele kinderen niet of niet ver lopen. Of wil uw kindje vaak opgetild worden of in de wandelwagen zitten om niet te hoeven lopen. Dit is op zich niet gek; het kost een hypermobiel kindje vaak veel meer energie dan normaal om te kunnen lopen. Door het gebrek aan stabiliteit in het gewricht zullen de spieren dit gaan compenseren. Hierdoor is het kind eerder moe dan andere kinderen. Bij hypermobiliteit klagen kinderen vaak over zere voeten, pijn in de benen of rugklachten.

Als uw hypermobiele kind sport, dan heeft uw kind wat meer kans op ‘verstuikte’ gewrichten dan andere kindjes. Een gewricht kan sneller ‘uit de kom’ schieten dan normaal. Of de knieschijf kan van zijn plaats schieten. Dit kan uiteraard pijnlijk zijn.

Podotherapie

Bij hypermobiliteit kan het zijn dat de beenspieren niet op de juiste manier belast worden. Vaak zakken de voeten van hypermobiele kinderen erg door (overpronatie). Uw kind kan hierdoor snel moe worden en pijn in de voeten, enkels of benen krijgen. De podotherapeut kan dan podotherapeutische zolen voor uw kind maken. Hiermee wordt de stand van de voeten verbeterd en worden de beenspieren op de juiste manier belast. De podotherapeut maakt geen steunzolen, maar therapiezolen. Hierdoor oefent uw kind de beenspieren op de juiste manier en zal de belastbaarheid groter worden. Het looppatroon wordt hierdoor stabieler en het kost minder energie voor uw kind om te lopen. Als de voetstand verbeterd wordt, wordt de kans op verzwikken van de enkels ook kleiner.

Het is belangrijk om uw kind stevige schoenen te laten dragen. De podotherapeut kan u een goed schoenadvies geven voor uw kind. Ook kan het goed zijn hem of haar een sport te laten doen waarbij de stabiliteit getraind wordt. Bij hypermobiliteit werkt de podotherapeut vaak samen met de kinderfysiotherapeut. Deze kan met uw kind de spierkracht trainen en werken aan de (fijne) motoriek. De podotherapeut kan een handje helpen door het looppatroon te verbeteren.

Stand van de voet pronatie normaal Hypermobiliteit Podotherapie Reggestreek Rijssen.png

Maak een afspraak met een van onze specialisten!